De eerste narcissen in onze tuin beginnen te bloeien:
En er komen er nog heel veel meer aan.
⚘ ⚘ ⚘ ⚘ ⚘ ⚘ ⚘ ⚘
Een jaar of vijftien terug, op 1 oktober, was het erg slecht weer. Het regende hard en schoonzus L. was op de fiets op pad van de supermarkt naar huis. Doordat het donker weer was en ze haast had, zag ze een auto die van rechts kwam niet aankomen. Ze botste tegen de auto, werd over de motorkap gelanceerd om vervolgens hard met haar hoofd op de straat terecht te komen. Ze had een schedelbreuk, een vochtophoping in de hersenen, een hersenbloeding en een hersenkneuzing. Diezelfde dag werd ze nog met spoed geopereerd.
Maandenlang lag ze in het ziekenhuis en in het begin waren we blij dat ze bleef leven, maar achteraf hebben we heel vaak gezegd dat ze het ongeluk beter niet overleefd had. Het hersenletsel was blijvend en L. zou nooit meer dezelfde worden. Omdat zij dit zelf heel goed besefte, deed ze in de jaren erna een paar keer een zelfmoordpoging. De thuissituatie werd hierdoor onhoudbaar en er werd beslist dat ze niet meer thuis kon wonen.
Ze kwam in een verpleeghuis, daarna in een woongroep, er werd gekeken of ze op een zorgboerderij terecht kon en eigenlijk ging het nergens echt goed. Ze kon zich niet aanpassen aan de medebewoners en uiteindelijk kreeg ze een eigen huisje, waarbij ze iedere dag begeleid werd. Omdat visite haar erg van slag maakte, mochten haar eigen broers en zussen haar slechts twee keer per jaar bezoeken. Om de bezoekmomenten zo klein mogelijk te houden deden wij, de schoonfamilie, een stap terug en al die jaren was er geen contact meer met haar.
En toen brak de oorlog in Oekraïne uit. Schoonzus was bang. Zo bang dat ze opgenomen moest worden. Eerst op een crisisopvang en daarna in een instelling. En eigenlijk is dat toch een beetje haar geluk geweest, want ze kreeg daar een ander soort medicijn waar ze heel erg goed op reageerde. Opeens kreeg ze weer zin in het leven, reageerde ze goed op andere mensen en viel ze de nodige kilo's af.
Wat heel erg jammer is, is dat ze misschien wel jarenlang de verkeerde medicijnen gehad heeft. De oude zal ze nooit meer worden, maar het afgelopen jaar is ze met grote stappen vooruitgegaan. En het is logisch dat een medicijn niet zomaar veranderd kan worden, want daar komen wel afkick- en andere bijverschijnselen bij kijken. Omdat ze een tijd in een instelling opgenomen geweest is, kon dit onder begeleiding gebeuren. Het heeft daarom ook geen zin om met een vinger naar iemand te wijzen.
Met oudjaar haalde haar dochter haar op en verbleef schoonzus een middag bij haar dochter en haar gezin. Dat was erg goed gegaan en nu kwam schoonzus naar een verjaardag bij haar dochter toe. Ze zag er tegenop en ze zou er al zijn als de visite binnen kwam druppelen. Als het te druk of moeilijk zou zijn zou haar broer haar naar huis brengen, maar toen wij na drie uur naar huis gingen, was ze er nog steeds.
Het was fijn om haar te zien. Tijdens de eerste jaren na het ongeluk heb ik haar enorm gemist. We konden het altijd goed met elkaar vinden en het was gewoon een heel erg gezellig mens. Ik ben haar nog weleens tegengekomen in de stad, maar omdat we (voor haar bestwil) geen contact mochten hebben, ben ik haar zo voorbij gelopen. Ik weet niet of ze me herkend heeft. Ik heb het er daarna nog met haar familie over gehad en die vonden gelukkig wel dat ik op de juiste manier gehandeld had. Voor mij was het een erg verdrietig moment geweest.
Maar nu is ze dus weer terug. Gelukkig is ze weer terug en ik hoop met heel mijn hart dat het zo goed met haar zal blijven gaan.